Handelingsverlegen? 9 tips!

Eén op de vier vmbo-leerlingen en één op de tien basisschoolkinderen maakt zijn leerkracht ‘handelingsverlegen’. Door deze leerlingen sta je als docent letterlijk met je handen in het haar. Het kan de beste gebeuren, dus ook jou. Hoe blijf je handelingsbekwaam? Negen tips. ‘Als jij een probleem hebt, is dat jouw schuld.’

  1. Je bent niet de enige

Handelingsverlegenheid is niets om je voor te schamen, aldus Herald Hofmeijer, docent pedagogiek aan de Marnix Academie. Het hoort bij iedere professie. En zeker bij dat van leerkracht. “Als je niet weet wat je met een situatie aan moet, ga je nadenken over je eigen handelen en dat is heel natuurlijk.” Zie het niet als een bedreiging, maar pak het direct bij de oren. “Als je het laat voor wat het is, gaat het aan je zelfvertrouwen knagen.”

2. Neem verantwoordelijkheid

Je eigen handelwijze is het machtigste middel dat je in handen hebt, zegt ook Hofmeijer. “Kijk eerst naar je professionele rol, voordat je besluit een kind harder aan te pakken. Het sorteert mogelijk geen enkel effect. En het kind en jij worden beiden ongelukkiger.” René Kneyber, vmbo-docent, trainer (www.handelingsbrutaal.nl) en auteur zegt altijd: ‘Als jij een probleem hebt met een leerling is dat jouw schuld. Het komt door iets dat jij hebt gedaan. Zeg niet meteen ‘dat kind hoort hier toch ook niet thuis’ en dat het door de thuissituatie of zijn stoornis komt. Daarmee leg je het probleem buiten jezelf en dat is te gemakkelijk.”

3. Zoek actief naar een oplossing

Bij problemen met een specifieke leerling kan je bijvoorbeeld te rade gaan bij je collega’s. Hoe pak jij hem aan? Hofmeijer: “Verdiep je weer eens in de literatuur met een zo specifiek mogelijke hulpvraag, zoals: hoe houd je een kind erbij in een kringgesprek?” Beschouw jezelf dus als probleemeigenaar, en zoek vanuit dat besef naar een oplossing. “Nu zie je vaak dat docenten leerlingen wegsturen, naar de gang, de time out of de directeur. Ze denken: iemand anders moet het maar oplossen.” Een strategische fout, want als straf werkt het niet. “De leerling vindt het meestal alleen maar leuker. En het probleem ruim je hiermee slechts tijdelijk uit de weg.”

4. Ga de confrontatie aan (met jezelf)

Routine is fijn, maar maakt je soms blind voor je eigen handelen. Ook als het eens niet lekker loopt. Vraag een collega om in jouw klas mee te kijken. Of vraag om een video-interactie. Een confrontatie met jezelf kan hard zijn, maar de camera is wel eerlijk. Misschien zie je jezelf wel tien keer corrigeren op negatief gedrag, maar laat je twee positieve momenten onbenoemd. “Reflecteer op je eigen handelen volgens de Reflectiecirkel van Korthagen. Hiermee breng je stap voor stap je probleem in beeld en zie je eerder in welke richting je de oplossing kunt vinden”, aldus Hofmeijer.

5. Ritualiseer je les 

Een hoop handelingsverlegen situaties voorkom je met goed klassenmanagement, aldus Kneyber. Ritualiseer alle terugkerende handelingen in de les en treedt op als regels en routines overtreden worden. Als kinderen een potlood willen pakken, mogen ze dan zomaar opstaan en een dansje doen onderweg naar de kast? Kneyber vertelt zijn klassen aan het begin van iedere nieuwe les wat hij van ze verwacht: ‘De eerste vijf minuten mogen jullie in stilte zelfstandig werken. Als je iets wilt vragen, steek je je hand omhoog.’ Vijf minuten voor tijd de tas inpakken is er ook niet bij. Dan mogen ze hun tas weer uitpakken. “Je pakt je tas pas in als de bel gaat. Zo simpel is dat.”

6. Doe altijd wat je zegt

Petten en mp3-spelers horen niet thuis in de klas. Daarop ziet Kneyber toe als de leerlingen het lokaal binnenkomen. Als iemand zijn pet weer op zet, roept Kneyber hem terug. Door de leerkracht heen praten betekent anderhalf uur strafwerk. “De leerling weet heus wel dat hij niet door je heen mag praten. Als het strafwerk irritant genoeg is, is de kans groot dat ze hun gedrag veranderen.” Van waarschuwen is Kneyber geen voorstander. ‘Ik heb je nu vaak genoeg gewaarschuwd’, klinkt al vrij wanhopig. Na drie keer helpt zo’n vierde waarschuwing niet meer. En leerlingen denken: wanneer gaat ‘ie nou echt wat doen?’ “Consequent zijn vinden ze rechtvaardiger.”Goed klassenmanagement zit ‘m ook in consequent optreden.

7. Eis de aandacht op

Een handelingsbekwame leraar heeft de aandacht. In het begin van de les of tijdens de les kan je vragen of ze hun boek openleggen op een bepaalde bladzijde, bijv. 42, 43. Het is hierdoor meetbaar of ze wel of niet zitten op te letten. Spreek ze er op aan, iedere keer als ze iets anders doen dan je vraagt. Voorkom zinnen als ‘Wil je even luisteren?’ en ‘Wil je even opletten?’

8. Betrek de ouders er in een vroeg stadium bij 

Houd je last met een leerling? Betrek er dan snel de ouders bij. Deze sociale controle heeft meestal een gunstig effect op de leerling vanuit de gedachte dat hij niet overal ongestraft mee weg komt. Laat de ouderavond in december niet de gelegenheid zijn waar ouders horen dat het ‘al drie maanden slecht gaat’ met Pietje.

9. Houd vol

Laat tot je doordringen dat structuur het enige is dat helpt. Dat is niet beklemmend, maar domweg duidelijk. “Veel docenten beginnen goed met strikte regels en consequent optreden. Maar de echte kunst zit ‘m in het volhouden”, aldus Kneyber. Hoe? Diep blijven doorademen en opereren vanuit de overtuiging dat leerlingen bij jou zitten om iets te leren, en niet om de orde te verstoren.